door ds. Bas van de Graaf
Mattheüs 11: 28-30
Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast zijn, en Ik zal u rust geven.
Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel;
want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.
Het zijn woorden die nogal eens op een kaart staan die mensen elkaar sturen als er ziekte of zorg is. Woorden die spreken over vermoeidheid en het dragen van de last van het leven. De uitnodiging van Jezus om mét die lasten naar Hem te komen is balsem voor de ziel en een bron van troost. Toch is de oorspronkelijke betekenis van de woorden ‘vermoeid en belast’ anders dan ze vaak gelezen worden. Uit de woorden die er omheen staan wordt namelijk duidelijk dat Jezus eerst en vooral denkt aan de last van het heilig moeten en religieus perfectionisme waar veel mensen in zijn tijd onder zuchtten. Van díe last wil Hij mensen allereerst bevrijden, om ze een lichter leven te geven vanuit liefde en genade.
Het juk opnemen
In Jezus’ dagen was de uitdrukking ‘het juk op je nemen’ een bekende uitdrukking. Het stond voor het opnemen van een verplichting tot dienst en gehoorzaamheid. Het beeld dat Jezus’ tijdgenoten voor ogen hadden was dat van het blok dat over de schouders van trekdieren werd gelegd zodat ze in het gareel liepen. Wíj denken dan vooral aan de schouderbalk waarmee vrouwen vroeger twee emmers met zich mee sjouwden, zoals we het zien in het wapen van Huizen. Wat het beeld ook precies is, duidelijk is dat dat het gaat om de last van het gareel, van de inspanning, van het sjouwen en zwoegen, in dienst van een ander. In de praktijk van de Farizeeën en de Schriftgeleerden was dat het beeld van leven in gehoorzaamheid aan de Wet: het op je nemen van de last van de geboden en de voorschriften. En Jezus ziet wat dit betekende voor de mensen die die weg gingen: ze dragen een zware last waar ze onder dreigen te bezwijken.
Vermoeid en belast
Als Jezus om zich heen kijkt ziet Hij veel mensen die ‘vermoeid en belast’ zijn. Mensen dus die onder de last van de godsdienst dreigen te struikelen en vallen. De twee woorden die Hij gebruikt hebben dan ook allebei de betekenis van: uitgeput zijn onder ondraaglijke lasten. Het eerste woord is afgeleid van het griekse woord ‘kopos’ dat ‘afmatting, gezwoeg, inspanning’ betekent. Het tweede woord is afgeleid van het griekse woord ‘phortos’, dat ‘last, vracht, lading’ betekent. Jezus ziet dus niet zozeer mensen met ziekte of zorg, maar mensen die ten onder dreigen te gaan aan lasten die ze niet kunnen dragen. De last die hen is opgelegd door hun geestelijke leiders, die de lasten volgens Jezus zelf ook niet kunnen dragen, maar ze wel aan anderen opleggen. Die aanblik raakt Jezus tot in het diepst van zijn wezen en Hij wil niets liever dan mensen van die last bevrijden.
De lasten die wij dragen
Voor sommigen van ons is religie ook zo’n zware last geworden. Opgelegd aan onszelf of aan ons opgelegd door anderen. Een last die met een heilig moeten gedragen wordt, met alle schuldgevoelens die daarbij horen. Want wie van ons kan de last van de Wet dragen? Niemand! Voor anderen -velen? – is het de last van de goden van onze tijd. Goden als: materialisme, seks, genieten, status, carrière. Goden die ons zonder uitzondering het geluk beloven, maar in de praktijk vooral een ondraaglijk juk op de schouders leggen. Want dat is wat goden ten diepste zijn: slavendrijvers, die ons de vrijheid ontnemen en ons uitputten. De spreekkamers van psychiaters als Dirk de Wachter zijn overvol met mensen die dreigen te bezwijken onder de last. De Wachter heeft er in zijn boeken en in talkshows diepgaand over gesproken en er zijn zorg over uitgesproken. Als een moderne profeet legt hij de diepere oorzaken van burnouts en gevoelens van zinloosheid bloot. Met andere woorden laat hij precies hetzelfde zien als wat Jezus zag: vermoeide en belaste mensen.
De levenswijsheid van Jezus
Heel het onderwijs van Jezus is één grote uitnodiging om dit juk af te leggen en een ander, een veel lichter juk op ons te nemen. Het is waar, ook zijn woorden vormen een juk, ze zijn niet vrijblijvend maar bedoeld om ons leven in dienst te stellen van iets groters. Maar het geheim van zijn woorden is dat ze een bron bevatten die niet uitput maar juist verkwikt. Wie ze hoort en ze gaat doen zal merken dat er Geestkracht in zit die in de vrijheid stelt en bevrijdt van slavernij. Zijn wijsheid is de wijsheid van het Koninkrijk van God en dat Koninkrijk is niet anders dan het bereik van Gods kracht en wil. En het diepste geheim van zijn woorden is, dat ze stuk voor stuk een belofte in zich dragen dat Hij zelf het juk van de Wet op zich nam en dat voor ons draagt. Een juk zó zwaar dat Hij eraan bezweek in de dood aan het kruis, waar Hij alles volbracht. In elke afzonderlijke levensles die Hij leert – bijvoorbeeld in de Bergrede – kun je ontdekken en ervaren dat zijn woorden licht zijn en vol vrede en vreugde. Wat wij kunnen niet alleen leven ín het Koninkrijk, het Koninkrijk komt via Jezus ook ín ons.
Rust voor onze ziel
Toen 90 jaar geleden de Alle-Dag-Kerk begon was het motto: Rust voor vermoeide zielen. De oprichters hebben keken om zich heen zoals Jezus dat deed en zagen dat velen vermoeid en belast waren. Maar ze deden dat in het bewustzijn van de belofte in de woorden van Jezus. En dit is de belofte: Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel; want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht. Het is een belofte die te mooi klinkt om waar te zijn. Maar ik zou zeggen: probeer het maar eens, één lesje tegelijk. Er zal een last van je afvallen en er zal een rust in je ziel komen waar de Farizeeën en de goden geen weet van hebben. Zijn woorden zijn vol levenswijsheid, wijsheid voor het echte leven. Rust voor afgematte zielen. In een andere tijd dan 90 jaar geleden zoeken we als Alle-Dag-Kerk vooral dit: een plek bieden waar we rust vinden voor onze afgematte zielen.